Op donderdag 19 november bespreekt de Commissie voor interne markt en consumentenbescherming (IMCO) van het Europees parlement de nieuwe consumentenagenda van de Commissie voor 2020-2025. Kris Peeters: “De EU heeft steeds sterk ingezet op een hoog niveau van consumentenbescherming. Met het reparatierecht en versterkte rechten bij onlineverkoop liggen de juiste prioriteiten vast.”
“De samenleving zal in de komende jaren heel wat veranderingen ondergaan. Enkele voorbeelden daarvan zijn de groene transitie en digitalisering. Dit zal een verandering teweeg brengen in de behoeften van de consument en hier moet het Europees kader op voorbereid zijn” vervolgt Peeters. De commissie onderscheidt 5 prioriteiten:
- De groene transitie:
Duurzaamheid staat centraal in de toekomst van Europa. Ook de consument wil zijn steentje bijdragen in de groene transitie die op til is. Vandaag geven consumenten aan over te weinig informatie te beschikken om duurzame keuzes te maken. De Commissie wil in de nieuwe consumentenagenda meer slagkracht geven aan de consument door in te zetten op een ‘right to repair’ (recht op herstelling) en praktijken zoals vroegtijdige veroudering of ‘greenwashing’ tegen te gaan. Concreet wordt er in 2021 een wetgevend initiatief gepland om consumenten een grotere rol te geven bij de groene transitie samen met een wetgevend voorstel voor de onderbouwing van groene claims op basis van methoden om de milieuvoetafdruk te bepalen.
2. De digitale transformatie:
De digitalisering zorgt voor grote veranderingen in de consumptiepatronen van Europese burgers. Men ziet een voortdurende toename van de online verkoop van goederen en diensten waarbij de coronacrisis een katalysator is in dit proces. Deze evolutie stelt ook nieuwe uitdaging voor de bescherming van consumenten. Online activiteiten die de rechten en keuzevrijheid van de consument beperken zoals misleidende of valse informatie, fraude, verborgen reclame en bepaalde vormen van profiling moeten bestreden worden. “Consumenten moeten zowel online als offline van hetzelfde, hoge beschermingsniveau kunnen genieten.” zegt Kris Peeters. De Commissie plant daartoe een aantal initiatieven in de loop van de komende twee jaar. Het gaat onder meer over de actualisering van de richtsnoeren voor de richtlijn oneerlijke handelspraktijken, een analyse van de richtlijn consumentenrechten en een voorstel voor een richtlijn voor een horizontale rechtshandeling waarin de vereisten voor AI worden vastgesteld.
3. Doeltreffende handhaving en verhaalmogelijkheden:
Het is gebleken dat consumenten nog te weinig er in slagen om hun rechten af te dwingen in de EU. De handhaving van het consumentenrecht is een verantwoordelijkheid van de lidstaten. De EU speelt hier een coördinerende en ondersteunende rol. In januari trad al een nieuwe verordening betreffende samenwerking met betrekking tot consumentenbescherming in werking. De Commissie wil lidstaten blijvend ondersteunen bij de handhaving van de regels. Daartoe plant ze onder meer om in 2022 met een aantal innovatieve e-instrumenten te komen die lidstaten in staat moeten stellen om illegale online-handelspraktijken en de opsporing van onveilige producten beter aan te pakken.
4. Inspelen op specifieke consumentenbehoeften:
“Niet elke consument heeft dezelfde behoeften. Over het algemeen wordt de consument in zijn relatie met de professional als zwakke partij gezien. Maar er zijn specifieke groepen onder de consumenten die kwetsbaarder zijn dan de rest en dus andere behoeften hebben. Denk daarbij aan kinderen, gezinnen in een moeilijke financiële situatie, ouderen,...” Een gedifferentieerde aanpak dringt zich in dit geval op. De Commissie plant initiatieven die tegemoet komen aan de behoeften van specifieke consumentengroepen zoals een onderzoek naar de veiligheidseisen voor normen voor kinderverzorgingsproducten, middelen uittrekken voor schuldadvies en ondersteuning van initiatieven die lokaal advies verstrekken aan consumenten die om persoonlijke of structurele redenen geen toegang hebben tot steun en informatie.
5. Consumentenbescherming in een mondiaal kader:
Online handel vindt plaats over de grenzen van de Europese Unie heen. Daarom moet er ingezet worden op een globale samenwerking ter bescherming van de consumenten wereldwijd. De Commissie streeft in 2021 naar een actieplan met China voor meer samenwerking op vlak van productveiligheid van online verkochte goederen. Daarnaast zal ze vanaf volgend jaar ook naar streven om partnerlanden van de EU te ondersteunen wat betreft regelgeving, technische bijstand en capaciteitsopbouw.
Een tweede onderdeel van de consumentenagenda betreft het tegemoetkomen aan de behoeften van consumenten ten gevolge van de Covid-19 pandemie. Doordat men noodgedwongen veranderingen moest doorvoeren om de verspreiding van het virus in te perken, zag men nieuwe consumptie- en mobiliteitspatronen ontstaan. Deze nieuwe patronen zullen na deze crisis deels verdwijnen, maar een aantal zullen structureel ingebed worden in de samenleven. Denk daarbij vooral aan de nieuwe mogelijkheden bij online-aankopen en digitale dienstverlening.
Ten tijde van deze crisis zijn ook de hiaten in het Europees consumentenrecht gebleken. Consumenten werden geconfronteerd met vervoersbedrijven en touroperators die er niet in slaagden om hun verplichting tot terugbetaling van gekochte tickets na te komen, online fraude en consumentenbedrog namen toe en we zagen een piek in het gebruik van wegwerpverpakkingen en afval van plastic beschermingsmateriaal. “Europa moet haar conclusie trekken uit de tekortkomingen die in deze gezondheidscrisis naar boven zijn gekomen. Corona moet een lessons learnt zijn op basis waarvan men het beleid beter vorm zal geven in de toekomst.” De Commissie plant alvast om in 2022 na te gaan in hoeverre de richtlijn pakketreizen nog adequaat is en prognoses op te stellen over de langetermijn-effecten van COVID-19 op het gedrag van consumenten.
“De nieuwe consumentenagenda ziet er alvast veel belovend uit. Heel wat initiatieven geven een antwoord op de behoeften van de Europese burgers. Bij het uitwerken van de voorgestelde maatregelen moet men er tevens voor zorgen dat het gelijk speelveld gewaarborgd blijft en men het Europees bedrijfsleven geen disproportionele lasten oplegt. Desalniettemin moet Europa aantonen dat ze een standaardzetter is en een kwalitatief kader biedt voor een hoogwaardige consumentenbescherming.”